Hoe bloembommen de Haagse bermen omtoveren in een bijenparadijs.

Ik liep mijn dagelijkse rondje door het altijd bruisende Den Haag en werd overvallen door de pracht van de in bloei staande, bermen.

De Haagse bermen lijken te zijn gebombardeerd met bloemen en door de mengeling van klaprozen, korenbloemen en andere bloemen (waarvan ik de naam niet weet) doen ze mediterraan aan.

Een tijdje geleden liep ik door Kijfhoek en Bierlap wat bij momenten très français voelde. Nu voelde ik me weer toerist in eigen stad.

Ik had al eens gehoord over bloembommen (bommetjes van klei, compost en zaadjes) die lukraak worden neergeworpen om kale stukken in de stad in bloei te zetten, maar van bermbommen had ik nog nooit gehoord.

Apart eigenlijk, want dat is toch precies wat het is.

Toch is de term bermbommen niet eerder geassocieerd met bermen die zijn volgeworpen met bloembommen.

Zaad- en bloembommen zijn trouwens hip. Kijk maar eens op de site van de guerrilla gardeners. Zij hebben als missie om grijze buurten om te toveren tot groene oases en zo de diversiteit van planten en dieren in de stad een boost te geven.

Zij zijn niet bang voor een bommetje hier of daar.

De romantische reus

Goed, ik sta dus regelmatig verbluft langs de kant van de weg om de bloemenpracht in de berm te bewonderen. Alsof een reus overal bosjes bloemen heeft neergezet voor zijn liefje.

Hij heeft ze natuurlijk in hartjesvorm neergezet, maar omdat wij maar kleine mensjes zijn kunnen we het grote plaatje niet zien en denken wij dat het bermen zijn, die toevallig volstaan met bloemen.

Behalve de bloemen valt me ook op dat de bermen zo hoog zijn. Tot voor kort bestonden ze uit heel kortgemaaid gras. Het heeft wel wat weg van de mode.

Vroeger was kortgeknipt en gladgeschoren in, nu moet iedereen een baard en what’s next? Zouden de kleding-mode en de berm-mode door elkaar worden beïnvloed?

Ik raakte geïnteresseerd in het fenomeen van de hoge bermen. Wie heeft dit bedacht en waarom? Ik snap dat jullie ook uit elkaar spatten van nieuwsgierigheid, dus ik zocht het op.

Bijenparadijs

Het blijkt dat het ministerie van Landbouw in 2018 de bijenstrategie (Bed and Breakfast voor Bees) bedacht. Briljante titel.

Bijen en vlinders gaan bij bosjes dood en dat is onhandig want zij bestuiven ons eten (het plantaardige deel dan). Zonder bijen geen eten, zonder eten geen mensen.

Daar moet iets aan gedaan worden dacht het ministerie van Landbouw. Ze bedachten een heleboel. Een van de ideeën is het invoeren van ecologisch bermbeheer.

Dat betekent dat bermen sinds een paar jaar niet meer kort worden gemaaid en ze worden ingezaaid. Hierdoor is er meer eten voor onze gevleugelde vriendjes en kunnen ze tussen het bestuiven in, uitrusten.  

Dit is ook nog eens financieel gunstig voor de gemeente:

“De reden dat we in eerste instantie zijn gaan stoppen met bermen maaien is vanwege bezuinigingen. Dus die volle bermen zijn het resultaat van bezuinigingen. Doordat veel gazons berm zijn geworden, zijn de kosten enorm gedaald.

De kosten voor de bloemrijke bermen zijn nu 600.000 per jaar. Terwijl als dit nog deels gazons waren geweest dan lagen de kosten op de 1,8 miljoen. Dit scheelt dus 1,2 miljoen euro per jaar.”

Zo zie je maar. Dankzij de bijen hebben we eten en hele mooie bermen op de koop toe. Daar word je toch blij van? Ik stel voor dat we bijen daarom vanaf nu blijen noemen.

Haagse bermen

Mijn vader kan ook intens genieten van onze Haagse bermen. We kunnen er uren over praten. Laatst ging dat zo:

Pa: Heb je die schitterende korenbloemen gezien in de berm bij de Vogelwijk?

Ik: Ja mooi hè?

Pa: Zo zie je ze niet vaak. Die zouden prachtig staan in mijn tuin.

Ik: Absoluut pap.

Pa: Ik denk dat ik er een paar ga uitscheppen.

Ik: Wat? Uitscheppen. Meen je dat?

Pa: Ja zeker. Ik kan ze nergens zo mooi krijgen. En ik ben al veel te laat met zaaien. Zou het erg zijn?

Ik: Nou ik denk dat het een beetje verboden is. Maar goed, die korenbloemen zouden inderdaad heel goed staan in jouw tuin. Ik snap je punt. Wel voorzichtig zijn hè? Je hebt kans dat de buurtbewoners zich afvragen wat die oudere man daar in hun berm doet, met een schep.

Hij is gegaan hoor. Maar durfde op het laatste moment toch niet te gaan scheppen. Ik vond nog een oud zakje met bloemzaadjes. Die heb ik maar in zijn tuin gezet. Wie weet groeien ze heel snel.